Osteopathie

Osteopathie is een manuele geneeswijze waarbij het lichaam wordt bekeken, onderzocht en behandeld als één geheel. Onderzoek en behandeling vinden plaats vanuit een totaalbenadering van de klacht, met 3 systemen die onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn en elkaar continu beïnvloeden, te weten;

  1. het bewegingsapparaat: beenderen, gewrichten en spieren
  2. het orgaansysteem: inwendige organen met bloedvaten en lymfestelsel en
  3. het craniosacrale systeem: schedelbotten, hersenvliezen, ruggenmergvlies en hersenvochtcirculatie

Als we naar de naam kijken, osteo betekent bot en pathos betekent ziekte, zouden we verwachten dat een osteopaat alleen botten behandelt, zoals de wervelkolom bijvoorbeeld. Hoewel de wervelkolom en het bekken wel een centrale plaats in de behandeling innemen, worden ook organen, schedel, spieren, bloedvaten en het zenuwstelsel bij de behandeling betrokken. Een van de belangrijkste principes van de osteopathie is juist dat het lichaam als een totaliteit bekeken wordt. Op de plekken waar klachten aanwezig zijn, is zeker niet altijd de oorzaak van de klacht! Zo kan het gebeuren dat iemand al jaren rugklachten heeft, maar dat de eigenlijke oorzaak een darmstoornis is. Andersom is het ook mogelijk dat een afwijking in de rug een darmprobleem veroorzaakt, zoals obstipatie. De osteopaat gaat op zoek naar de oorzaak van de klachten en zal door middel van corrigerende handgrepen proberen het probleem aan te pakken. Dit alles is gebaseerd op principes uit de anatomieembryologieneurologie en fysiologie.

Osteopathie is het gedachtegoed van de Amerikaanse arts Andrew Still. Hij combineerde de toenmalige medische kennis met zijn eigen overtuiging dat als lichaamsweefsels hun beweeglijkheid verliezen dit nadelige effecten op de gezondheid heeft. Still ontwikkelde deze methode om met zijn handen minder beweeglijke weefsels op te sporen, de beweeglijkheid ervan te kunnen herstellen en zo ziekten te kunnen genezen of voorkomen. Op 2 juni 1874 gaf hij zijn methode de naam osteopathie.